Episode Transcript
[00:00:06] Speaker A: Fijn dat u luistert naar de podcast van David Maasbach. We hopen dat u erdoor geïnspireerd en opgebouwd wordt.
[00:00:13] Speaker B: We gaan lezen Matthäus 25 vers 14 vandaag. De Bijbel. Jezus zei, het is hetzelfde als met een man die naar het buitenland vertrok. Voordat hij ging, riep hij zijn dienaren bij zich. Hij gaf hun een bedrag. waarmee zij voor hem zaken moesten doen. Hij gaf hen geld waarmee zij zaken voor hem moesten doen. Een dienaar gaf hij 1200 goudstukken, een andere 500 goudstukken en een derde 250. Hij gaf ieder de hoeveelheid geld waarvan hij wist dat die dienaar daar goed mee zou kunnen doen. Waarvan hij wist dat die dienaar daar goed mee zou kunnen doen. En daarna ging hij op reis. De man die 1200 goudstukken had gekregen ging onmiddellijk Onmiddellijk, gelijk, meteen, op weg om zaken te doen. Hij verdiende 1200 goudstukken bij. De man die met 500 goudstukken verdiende er 500 bij. Maar de man die 250 goudstukken had gekregen groef een gat in de grond en stopte er het geld in van zijn heer. Na die lange tijd kwam de heer van de dienaren terug en hij wilde weten hoeveel ze met zijn geld voor hem hadden verdiend. De man die 1200 goudstukken had gekregen, ging naar zijn heer. Hij bracht ook die 1200 goudstukken mee die hij erbij had verdiend. En hij zei, heer, u hebt mij 1200 goudstukken gegeven. Kijk, ik heb er 1200 bij verdiend. 100%, verdubbeld. Zijn heer zei tegen hem, goed gedaan. Wat zei zijn heer?
Jij bent een goede en een trouwe dienaar.
Eerst weinig gegeven, daar ben je zo goed mee om gegaan, daarom zal ik je nu veel meer geven. En je bent welkom op mijn feest. De man die vijfhonderd goudstukken had gekregen, ging ook naar zijn heer. Hij zei, heer, u hebt me vijfhonderd goudstukken gegeven. Kijk, ik heb er vijfhonderd bij verdiend. Ook honderd procent dus. Ook verdubbeld. Zijn heer zei tegen hem, goed gedaan. Wat zei zijn heer? Je bent een goede en een trouwe dinaar. Ik heb je weinig gegeven. Daarom ben je er goed mee om gegaan en ik geef je veel meer nu. En je bent welkom op mijn feest. Maar ja, toen kwam de man die maar 250 goudstukken had gekregen. Hij zei, heer, heer, ik wist dat u hard was. U maait waar u niet gesaaid heeft. U wil hebben dat wat u niet hebt.
U verzamelt op plaatsen waar u niets hebt uitgestrooid. Wat een slap excuus. Omdat ik bang voor u was, heb ik uw 250 goudstukken in de grond verstopt.
Hier, hier heb u ze weer. Zij zei tegen hem, je bent een slechte en een luierdienaard. Je zegt dat ik maai waar ik niet gezaaid heb en dat ik verzamel waar ik heb uitgestrooid. Je had mijn geld naar de bank moeten brengen, dan had ik in ieder geval bij mijn terugkomst het met rente van de bank kunnen halen. Neem die 250 goudstukken af.
en geef ze aan hem die de 2400 goudstukken heeft. Want aan iedereen die heeft, zal meer gegeven worden. Hij zal meer dan genoeg hebben. Maar wie niet heeft, zal afgenomen worden wat hij heeft. En de Heer zei, gooi die nutteloze dienaar in de donkerste kerken. Daar zal hij huilen en met zijn tanden knorselen van spijt. Ja, dat klinkt hard.
Klinkt hard. Maar zo is het wel. Het is een verhaal wat de Heer Jezus ons vertelt, met echt een waarheid. En vandaag wil ik ook tegen jou zeggen, en voor de ouderen u, jij hebt ook gaven en talenten van God gekregen. Iedereen! Iedereen die hier zit. En ook degene die kijkt naar de livestream. Jullie hebben allemaal één of meerdere talenten gekregen van de Heer.
Hoor je dat? Allemaal. De een wordt meer dan de ander, maar je hebt allemaal één of meerdere talenten gekregen. En wat de Heer hier zegt, is dat jij die talenten, die gaven, niet voor jouzelf moet houden. Het zij begraven of wat je er ook mee doet. Maar je moet er iets goeds mee doen.
Je moet daarmee voor je Heer, moet je die talenten gebruiken. Hij gaf ze en hij wist hoeveel hij ze kon geven zodat ze daarmee goed voor hem konden doen. En de bedoeling is dat jij met jouw talenten iets goeds doet voor hem en zijn gemeente. Wij zijn zijn lichaam, de gemeente is zijn lichaam. Dat je daar iets goeds mee doet. Dat je het niet begraaft. Dat je het niet alleen voor jezelf houdt, om jezelf er beter van te maken. Maar dat je er goed mee doet voor hem. Dat je je talenten ontwikkelt. Dat je je talenten vergroot. Dat je je talenten... Dat je daarmee bij gaat dragen aan iets groters.
dan alleen je eigen leven, je huwelijk, je gezin, je eigen kringetje. Dat je het alleen voor jezelf gebruikt. De vraag is natuurlijk, wat zijn die talenten? Nou, die moet je ontdekken. En velen weten wat hun talenten zijn, maar mijn gebed is dat hier nog mensen zullen zijn die talenten zullen ontdekken waarvan je zelf niet wist dat je ze had.
Maar al jouw talenten heb jij van God ontvangen. Hallo. Al jouw talenten heb jij van God ontvangen. Je hebt ze niet uit jezelf. De Bijbel zegt, Hij gaf hun talenten.
En Jouw talenten zijn ook van de Heer. Hij heeft het Jou gegeven. En trouwens, als Jij Jouw leven aan Jezus heeft gegeven, hoeveelen hebben hun leven aan Jezus gegeven? Hoevelen hebben niet hun leven aan Jezus gegeven? Dat is een goede omdraaiing van de vraag.
Oké, dat betekent iedereen heeft zijn leven aan de Heer gegeven. Dan, jij bent niet gekocht met goud of zilver, jij bent gekocht met zijn bloed. En jij hebt jouw leven aan Hem gegeven, niet voor 50, 60, 70, 80 procent, 100 procent. Jij behoort Hem toe. En alles wat jij hebt. En Hij heeft jou gezegend met zegeningen, met talenten. En de bedoeling is dat jij jouw talent in dienst van de Heer gaat stellen, dat je dat gaat ontwikkelen, dat je daarin gaat groeien en dat je bij gaat dragen aan het grote geheel, aan de gemeente. En als jij daarnaast jouw van God gegeven talent kan gebruiken om er ook nog eens geld mee te verdienen, Dan heb jij een blessing van God ontvangen om brood op de plank te brengen, om je gezin te onderhouden en om er goed van te leven en om daarvan weer terug te geven aan de Heer. Zo zit dit in elkaar. En het is jammer dat er altijd mensen zijn die het alleen voor zichzelf houden en gebruiken.
Weet je hoe dat heet? Hoe heet dat? Ja. Egoïstisch is dat. Egoïsme. Egoïstisch. Ego. Ik geloof het Latijns woord. Egoïstisch is het. Als je het van jezelf... En deze wereld is egoïstisch. Maar Gods kinderen horen niet egoïstisch te zijn.
Nummer één, je moet erkennen dat jouw talent heb jij van God ontvangen. Wat jij kan. Ja, maar David, ik heb er wel voor gestudeerd. Nou, er zijn er een heleboel die studeren. Maar als jij ook in jouw studie je mag ontwikkelen, het is allemaal van God. Kijk, dit is de kern van de waarheid dat je mag beseffen dat God is de bron van alles.
God is de bron van het leven. God is de bron waaruit jij putt. Een bron die nooit opdroogt. Een bron die er altijd zal zijn, die altijd zal stromen. Net als de meel en de olie. God is de bron in jouw leven, waaruit jij gezegend wordt. Niet jouw bankrekening, niet jouw werk, niet je AOW. Dat zijn allemaal middelen die God gebruikt en geeft.
Dit is zo'n belangrijke waarheid waaruit jij leeft en mag beseffen dat... Ja, God gebruikt middelen. Als je de jackpot wint, nou ja, dan is dat een middel om je... dan ben je gezegend. Vergeet je Tinder niet. Maar als jij jouw salaris van jouw baas op je bank krijgt, Ja, maar David, ik heb ervoor gewerkt, het is mijn geld. Nee, God is de bron en Hij gebruikt jouw werk en jouw baas om jouw geld op jouw bank te geven. Het is een middel. Het zijn allemaal middelen, maar er is maar één bron. Want als jouw geld op de bank van je baas de bron zou zijn, nou die bron droogt op, die kan ook ineens weg zijn.
En dan? Wat gebeurt er dan als het ineens ophoudt vanwege weet ik veel wat? Dan heb je niks. Terwijl als God jouw bron is, dan wat er ook gebeurt, zoekt God altijd wel weer een ander middel om voor jou te voorzien. En voor Elia was het een raaf, die gaf hem eten. Nou, sapvoorbeelden in de Bijbel.
En zo is ook jouw talent is van hem. En behoor je dus te gebruiken, nummer één, voor hem, voor zijn gemeente. En dan gebruik je het om geld te verdienen of goed mee te doen, whatever je wil. Kijk, Paulus die spreekt daar ook over in 1 Corinthe 12.
En dan gaan we naar de gemeente. Ik wil dat jullie ook meer weten over de geestelijke gaven, de talenten, mijn broeders en mijn zusters. Vroeger aanbaden jullie afgoden. Je gebruikte al je talenten voor de wereld, voor jezelf, om er geld mee te maken, whatever. Want dat hadden jullie zo geleerd. Het is je misschien niet bijgebracht, een boodschap als vandaag. Jullie wisten niet beter. Dat waren goden die niet eens kunnen spreken.
En daarom wil ik dat jullie weten dat niemand door Gods geest Jezus kan vervloeken. En ook iemand alleen door de Heilige Geest kan zeggen dat Jezus is Heer. God geeft in zijn liefde, volle goedheid, verschillende soorten gaven aan ons. Dat doet God uit zijn liefde en goedheid. Geeft Hij verschillende soorten van gaven, talenten. Maar ze komen allemaal...
Van dezelfde geest. Ze komen allemaal van God. Er zijn verschillende soorten taken in de gemeente. Maar ze komen van dezelfde Heer, dezelfde God. Er zijn verschillende manieren waarop de geest kan werken. De ene doet het zo, de andere doet het zo, met talenten, je gaven. Maar het is allemaal de Heilige Geest die het doet. Maar ze komen van dezelfde God die al die dingen in de mensen doet.
Maar iedereen krijgt deze dingen van de Heilige Geest om er de andere mensen mee te dienen, hoor je dat? Je hebt jouw gaven en talenten om andere mensen, ten eerste de gemeente, om die te dienen.
Aan de een geeft hij de gave om wijsheid te spreken aan. Iemand anders geeft hij diezelfde geest de gave om dinnen te weten. Weer iemand anders geeft hij een geest, de gave van bijzonder geloof. Weer een ander. geeft Hij om mensen te genezen. De één krijgt de gave wonderen te doen, de andere krijgt de gave om te profiteren. De één krijgt de gave om geesten te herkennen, iemand anders de gave om verschillende talen van de geest te spreken. Weer een ander krijgt de gave om die taken van de geest uit te leggen. Maar al die gaven komen van een en dezelfde geest. Hij geeft aan iedereen wat Hij wil, wat God wil, en op die manier die Hij wil.
Het is dus het lichaam van Christus waarin God voornamelijk ook die gaven en talenten geeft. Als je het hoofdstukje naleest, waar we geen tijd voor hebben nu, dan legt hij uit over de handen, de voeten, hoe dat lichaam in elkaar zit. En dat de ene niet kan zeggen, ja ik heb jou niet nodig. Of de andere kan zeggen, ik heb jou niet nodig.
Al die gaven en al die talenten nodig die samenwerken in de gemeente om een goede, fijne, goede, functionerende gemeente te hebben. Zonder muzikanten is het moeilijk zinnen. Zonder dat iemand de kopjes schoonmaakt en afwast eten wij van vieze borden.
Zonder dat iemand de toiletten schoonmaakt, zit je op een vieze wc, onder je hygiënische wc. Zonder dat wij mensen van de kinderen hebben om ze bij te brengen of de baby's, hebben we geen opvang, zitten alle kinderen in de zaal. En zo kan ik wel even doorgaan. Zonder geluidsmensen heb ik geen geluid. Zonder lichtmensen heb je geen licht. Zonder mensen bij de livestream en je bent thuis, heb je geen livestream. We hebben het dus allemaal nodig.
En wat de Heer je dus geeft, moet dus in dat lichaam allemaal samenwerken. Daarom hebben we een gemeentemanager, Alissa, die al die taken nakijkt en die verdelingen maakt. Anders hebben we in één keer vijf mensen op, weet ik veel wat, één ding en bij de anderen niks. Er is dus een hele organisatie om dat lichaam goed te laten functioneren. En het hoofdstuk daarna spreekt hij over verschillende taken in de gemeente. En heeft hij het over evangelisten, voorgangers, herders. En heeft hij het ook over helpers in de gemeente. Helpen is ook een taak! Hoor je dat? Hallo, hoor je dat?
Helpen, bijstaan, bijspringen, invallen, is ook een taak. Ja, maar David, ik ben een invaller. Stelt niet veel voor. Ja, invallen is heel belangrijk, want als de ene niet kan...
Dan is een invaller heel belangrijk. En hoe fijn is het als je invallers hebt die van alle markten thuis zijn en die we misschien een manentje van alles noemen. Ja, een manentje van alles, wat is dat nou? Heel belangrijk. Elke baas en voorganger wil een manentje van alles hebben en liever nog meer. Ja, lieve broeders en zusters.
Het is belangrijk dat wij dit zullen beseffen. Jij hebt ook van God talenten en gaven gekregen. En de vraag vandaag is ook, wat doe jij daarmee? Ja, maar David, ik kan niet zoveel. Ja, maar dat kan je wel.
Jong, oud en alles ertussenin. Ja, maar David, ik ben al aardig op leeftijd. Nou, als je op leeftijd bent, kan je dan geen kopjes ophalen in de foyer? Is dat zo zwaar? Is dat zo moeilijk dan? Om gewoon op leeftijd met een dienblad te lopen langs de tafel. Een vriendelijk iemand te zijn en een paar kopjes op de dienblad en dan even naar achter brengen, kan dat dan niet?
Is het zo moeilijk om misschien met een zachte bezem even zo door de half, of zo'n stofbezem die overal erheen glaat, is dat zo moeilijk dan? Is het zo moeilijk om iemand een plaats te wijzen, binnen, vriendelijk binnen te halen, oh, u kunt hier zitten dan, kost je helemaal geen kracht. Dus ook oudere mensen kunnen taken doen. Is het zo moeilijk om het huis des heren schoon te maken? Met een stofdoek misschien, even zo langs de dingen, weet je wel? Want, ja, ik bedoel Regina die loopt wel eens thuis als ik schoon heb gemaakt en dan gaat ze zo even langs de... Ja, dat weet ik en daarom maak ik dat schoon. Ja, maar is dat zo moeilijk dan? Er is voor iedereen wel wat te doen.
Maar de vraag is dus, wat doe jij daarmee? Want, ik zit daar niet aan het einde om te vragen wat jij daarmee hebt gedaan. Die verantwoording hoef je aan mij niet af te leggen. Maar er komt een dag dat hij dat wel zal vragen. En dan kom je niet weg van, ja meneer, ik was al aardig op leeftijd. Nou, altijd toch wel wat te doen?
Als je naar Jozef kijkt, ik kan niet op de verhalen ingaan, want we hebben nog maar een paar minuten. Maar Jozef, hij gebruikte zijn talent om een betere positie te halen, zodat hij op een gegeven moment een heel volk in leven kon houden. En hij had een talent. En hij kreeg van God ook die betere positie. Daniel, hij had een talent van wijsheid en inzicht.
En hij gebruikte die talenten van wijsheid en inzicht om daar te dienen in een vreemde cultuur. Gewoon een cultuur die de zijne niet was. Salomo, hij had de wijsheid om te regeren, dat kreeg hij van God, hè? Van Salomo, hij was nog een jonge man, wat wil je hebben? Wat wil je hebben?
Nou, ik weet wat veel mensen zouden vragen aan gaande allerlei soorten talenten, goud en zilver. Nee, hij zegt, heer, geef mij wijsheid, dat ik uw volk kan leiden. En dan krijg je toch ook die wijsheid, want dan komen die twee moeders bij hem. En dan zeggen ze allebei dat het ene kind is van haar, terwijl één heeft het doen laten overlijden. En dan zegt hij, oké, pak het zwaard en maak dat kind dood.
Nou, de moeder, de echte moeder van het kind, die kon haar kind niet doden.
Dat is een wijsheid, hoe die daar een oplossing bracht in een situatie waarvan je denkt, ja, hoe kom ik hieruit? Hij had veel wijsheid. Hij gebruikte ook die wijsheid. Nehemia, leiderschap. Zijn talent was leiderschap en hij nam leiderschap om de muren en de poorten te herbouwen van Jeruzalem. Jozua, hij had leiderschap, was ook een talent van hem om het volk in een nieuw seizoen te brengen. Het beloofde land, Stephanus. Hij werd aangesteld gewoon als helper van de tafel. Ze bedienen hem in de foyer. Gewoon in de foyer om te dienen. Maar daarnaast had hij een talent om te getuigen over de heren. En hij getuigde daarvan. En de velen kwamen tot Jezus. Wat een talent! En als ik het zo mag zeggen, Jezus ook. Jezus' grote talent was gehoorzaamheid aan zijn vader. Luister mensen, gehoorzaamheid is ook een talent. Wat was Jezus gehoorzaam in de hof van Gethsemane? Oh, hij gaf het aan de heren, niet mijn wil, maar uw wil. Zo, we hebben allemaal talenten van de Heer gekregen op zoveel verschillende gebieden. Afgelopen zaterdag was ik op Point, of het was vrijdag, Was ik op point. Er kwamen heel wat jonge mensen voorbij die hun talenten lieten zien. En de ene die heeft Excel uitgelegd. Nou, ik snap er nog niks van, maar het was wel een talent. Er kwamen zangers en spelers. Uit hun comfortzone gingen ze. En zij deden iets wat ze normaal niet deden. En zo ontdek je ook je talent.
En daarom wil ik eigenlijk vandaag zeggen, lieve mensen, broeders en zusters, gemeente, pak je kansen, breek door en ga voor succes in de talenten en de gaven die de Heer jou heeft gegeven. Zet ze in voor God nummer één, voor zijn gemeente, dat is zijn lichaam, dat zijn wij. En daarna ontwikkelt het. ontwikkel het om te zien hoe de Heere jou met jouw talenten kan zegenen. En als zij zegen op jouw rust en jouw talenten, ik zou je vertellen, dan kan je er nog goed geld mee verdienen ook, om daarmee je gezin te onderhouden, je levensonderhoud te hebben en daarvan ook nog eens een keer de Heere weer terug te geven. Want als zij een zegen erop rust, dan is het gezegend.
En dan zal je zien dat hij je gaat helpen. Hij gaat kanalen openen, waardoor je ineens dat talent kan gebruiken. Denk aan Jozef, hoe hij dat deed. Ineens gebruikte Jozef zijn talent om dromen uit te leggen.
En Hij kwam zo op de troon daardoor. En daarom gaat de Heer jou zegenen als je het geeft aan Hem. En dan kan je talenten vermeerderen, je kan ze ontwikkelen, je kan ze verdubbelen. Dit moeten we ook leren aan de kinderen. Als je kinderen hebt, leer ze al heel vroeg hun talenten te ontwikkelen. En als je ze leert te ontwikkelen, breng ze dan gelijk bij dat het eerst voor de Heer bestemd is. Altijd eerst de Heer.
en niet voor zichzelf of om jou beter te maken of jou beter te laten leven. Allemaal prima wel hoe de Heer jou wil zegenen daardoor, maar het is eerst de Heer. Geef het aan de Heer. Geef het aan zijn gemeente. Dien het groter goed. En dan zal je zien dat de Heer dat ook zal zegenen. En als die momenten dan komen, dat je het kan doen, dat het gevraagd wordt, Pak dan jouw kans. Laat het niet voorbij gaan. Pak jouw kans. En breek dan daarin door met je talenten. En ga dan voor succes, want daarin ligt succes. Ja, maar David in de gemeente...
Dat is nou niet zo'n succes. Beter buiten bij die bekende bedrijven en grote dingen. Nee, lieve mensen, dat is een foute gedachtengang. Juist de heren eerst. Juist de gemeente eerst. Vanuit daar zal de Heer je zegenen en wegen openen en wegen banen die er niet zijn. En ontmoetingen geven met mensen. Juist eerst de Heren. Als je dat doet en je voedt je kinderen zo op, dan wordt Gods gemeente gezegend en wij zijn als members gezegend. En we hebben heel veel talenten ook in huis. Zo, pak je kansen, breek door, ga voor succes, geef je talenten aan de heren en de gemeente en hij zal jou en de gemeente zegenen. Amen.
[00:26:05] Speaker A: Bedankt voor het luisteren naar deze podcast. Wilt u meer preken beluisteren? Ga dan naar message.maasbachradio.com Bezoek ook eens onze website www.maasbach.nl.