Episode Transcript
[00:00:06] Fijn dat u luistert naar de podcast van David Maasbach. We hopen dat u erdoor geïnspireerd en opgebouwd wordt.
[00:00:18] We gaan vandaag lezen uit Eenzamen wal 18 vers 1 tot en met 4. Die dag nam Saul hem, dat was David, bij zich in dienst. Hij liet hem niet meer naar zijn vaders huis teruggaan. En Jonathan mocht David heel graag. Ze werden elkaars allerbeste vriend.
[00:00:39] Jonathan sloot hem verbond met David. Hij gaf hem zijn mantel, zijn wapenrusting, zelfs zijn zwaard, zijn boog en zijn gordel.
[00:00:51] Nou David, u kent de verhalen wel die ik eigenlijk toch zo vaak heb gebracht hier, het hele verhaal. David was heel jong toen hij door Samuel, de profeet, tot koning werd gezalfd. Sal was ongehoorzaam. God had hem eigenlijk verstoten, zocht een nieuwe koning. En hij zei tegen Samuel om naar het huis van Jesse te gaan, die had zonen en David was er één van. Dan, wonderbaarlijk, wordt hij gesalfd door Samuel als nieuwe koning. En hij is maar tussen de tien en de vijftien jaar oud. Zeg, vijftien jaar oud. Erg jong.
[00:01:35] En dan is hij dus door God al erkend en gezalf als koning. Maar in dezelfde tijd, omdat op datzelfde moment dat God eigenlijk van Sal naar David gaat, omdat David is gezalf met Olie en eigenlijk dan al de koning is, maar nog niet in het echt, maar wel natuurlijk voor God, heeft Gods geest Saul verlaten vanwege zijn ongehoorzaamheid. Daarvoor in de plaats liet God toe dat een boze geest hem elke keer lastig viel. En daardoor werd Saul elke keer... Die man had verschrikkelijk veel last van stemmingswisselingen. De ene keer dan plotseling. Ja, vandaag hebben ze daar denk ik wat andere woorden voor.
[00:02:28] Borderline, dat soort dingen. Elke keer, plotseling, kon hij veranderen in een razende. Dan was hij hartstikke boos. De andere keer was hij heel erg bang. De andere keer was hij heel erg gedeprimeerd. Verschrikkelijk. En dat is erg hè, als je zoiets hebt.
[00:02:47] Verschrikkelijk, daar leid je onder. En hij leed daar ook onder. En dan zeggen zijn medewerkers van Zal, zijn onderdamen... laten we dan iemand vinden die voor Zal kan zingen en spelen... zodat hij tot rust kan komen, dat hij zich wat beter voelt. En dan zegt één in het paleis, nou ik weet iemand, dat is David.
[00:03:12] Hij is jong, maar hij kan mooi op zijn harp spelen, hij kan mooi zingen. Laat hem halen, dan wordt David gehaald. En het gebeurde dus ook dat als Saul dan last kreeg van die geest en tekeer ging, dat David werd gehaald bij zijn vader Jesse en dan moest hij zingen en spelen. En inderdaad, Saul kwam tot rust, elke keer.
[00:03:41] Ja, kan ook niet anders, hij was gezalfd.
[00:03:44] dan verliet die boze geest zal weer en dan kwam die tot rust. Zo zal voelde dat dat werkte. En wat wil je dan als je een medicijn hebt en je bent ziek en het werkt. Zo elke keer gebeurde dat dan ook. Dan in diezelfde tijd komt Israël in strijd met de Filinsteinen in oorlog.
[00:04:11] En David die gaat naar dat veld toe en dan krijg je dus dat David daar de Reuscholiad verslaat. En als hij de Reuscholiad dan heeft verslagen, nou iedereen in het hele land heeft het gehoord. Iedereen kende op één dag wat David had gedaan. Ze kenden... David was op de tong van alle mensen in het hele land. En als dat dan gebeurd is, dat David dus die reus Goliad heeft verslagen, dan krijg je wat we lazen in Eenzaam en Wel 18, dat die dag nam Sal David bij zich in dienst en hij liet hem niet meer naar zijn vaders huis teruggaan. Elke keer werd hij gehaald en dan ging hij weer naar huis terug. Maar dit maakte de verandering dat Sal, die haalden hem in zijn paleis. En Jonathan, dat was de zoon van Sal. Hij had drie zonen, Jonathan was er één van. Die mocht David heel graag. En zij werden elkaars beste vriend.
[00:05:19] En Jonathan sloot een verbond met David en hij gaf hem zijn mantel, wapenrusting, zwaardboog en gordel. Er kwam dus een hele hechte vriendschap tussen David en Jonathan. Ze werden eigenlijk boezemvrienden. Eén van geest. Ze sloten een verbond.
[00:05:45] Loyaliteit, toewijding en onzelfzuchtigheid. Dat speelde zich in dit verbond tussen die twee. Er was loyaliteit naar elkaar. Er was liefde tot elkaar. Een rij naar liefde, een goede liefde tussen twee echte vrienden. Want alles wordt door de wereld altijd verdraaid.
[00:06:06] tegenwoordig, maar dat was gewoon een reine goede liefde tussen elkaar. Ze hielden van elkaar als vrienden. Ze hadden wat voor elkaar over. Ze waren toegewijd aan elkaar. Ik denk dingen die je vandaag niet zo gauw meer hoort. En zelfs in de kerk. Je hebt het al zeker niet in de politiek. Je hebt het ook niet in de showbusinesswereld. Maar eigenlijk, ik vind het jammer dat het in de kerk ook...
[00:06:36] Moeilijk te vinden is toewijding. Wat betekent het vandaag nog? Loyaliteit. Mensen willen vrij zijn. Ze willen niet zo gauw dingen en vast liggen. Nee, want ze moeten vrij zijn. Maar lieve mensen, een verbond dat houdt in. Een verbond ben je niet vrij. Een verbond ben je aan mekaar. In loyaliteit, in toewijding. Je bent elkaar verbonden, gebonden.
[00:07:03] En dan gaat het verhaal verder. Eenzaam en wel 18 vers 5. David die streed voortaan mee in het leger, want er kwam een verandering. Hij was in het huis van Sal. Hij werd vrienden met Jonathan. En daarbij was hij wijs en verstandig. En daarom maakte Sal hem aanvoerder van het leger. Oh, Sal die was helemaal weg van David. Niet alleen het volk, En niet alleen het leger van wat hij had gedaan daar met Goliath, maar ook Sal. Hij was weg van David. Ja, je wil maar zo'n man hebben die succes voor jouw zaken heeft. Dat wil je toch? Het hele volk en alle dienaren van Sal, die mochten hem graag.
[00:07:44] Toen David de Filistijn had verslagen, ging het leger van Israël naar huis. En de vrouwen uit alle steden van Israël kwamen zal met allerlei instrumenten dansend tegemoet en zingend. Ze kwamen terug en ze hadden net die reus verslagen, de Filistijnen de vijand verslagen. En de dansende vrouwen die zongen, zal heeft zijn duizenden verslagen, maar David zei, Tienduizenden!
[00:08:18] De zaal, de koning, komt terug. Al die mensen van de Israelieten. Dat was een soort bevrijdingsdag, zoals wij gaan vieren. Een soort bevrijdingsdag. En er was zoveel blijdschap, zoveel vreugde. En die vrouwen die zongen gewoon, zo was het toch ook.
[00:08:42] Sal heeft z'n duizenden verslagen, maar David tienduizend. Ah, toen werd Sal woedend. Zie je, ik zal je vertellen, dat moment, want hier is niet waar het begonnen. Het was begonnen met zijn ongehoorzaamheid en dat God uiteindelijk hem had verlaten en naar David was gegaan. En het wordt steeds erger, dat ga je in dit verhaal ook merken, het wordt steeds erger.
[00:09:11] Salwet woedend. Het lied beviel hem helemaal niet en hij dacht ze geven David de tienduizenden en mij maar de duizenden. Straks wordt ie nog koning ook. Ja, al die dingen. Ik zal je vertellen, die boze machten die geven allerlei verhalen in je hoofd. En laten je allerlei scenario's denken.
[00:09:35] Vanaf die dag vertrouwde Saul David niet meer en hij hield hem in de gaten. Vanaf die dag veranderde de relatie. Hij liet jaloezie toe in zijn hart.
[00:09:49] Hij liet afgunst toe in zijn hart. Luister lieve mensen, we hebben te maken niet met vlees en bloed, maar met geesten en overheden die zijn nog niks veranderd. Vandaag gebeurt precies hetzelfde. Ook in de kerk.
[00:10:04] Ook buiten, die geesten zijn niks veranderd. Sal werd jaloers, hij werd afgunstig, hij hield hem in de gaten. En die geest maakte het steeds erger. In Sal. En Sal probeerde op allerlei manieren David te doden. Hij probeerde dat met een speer, weet je?
[00:10:28] Met een speer probeerde hij David. Want dan kwam die geest weer, dan werd hij boos op David.
[00:10:33] En dan gooide die de speer en... Kijk, dan worden ze ook... Het wordt steeds kwaader. Het gaat naar het ultieme kwaad. Want lieve mensen, de meesten hebben niet door hoe ultiem kwaad Satan is. En zijn boze machten. De hel, die duistere wereld, de duisternis is het ultieme kwaad.
[00:11:02] Geen enkel goed. Hij is de vader der leugen. Hij is de mensenmoordenaar van de beginnen. Hij is gekomen om de slag te stelen en te vernietigen. Het is het ultieme kwaad. En die boze macht neemt bezit van mensen. Ook van Sal, maar vandaag nog steeds ook van mensen. En die maken dat mensen dingen doen die dat niet... Je kan het niet voorstellen gewoon.
[00:11:31] Wat de ene mens de ander mens kan doen. Zal ook. Hij dacht, weet je, ik ga David, het is allemaal slings. Hij dacht ik ga David in de frontlinie zetten, als aanvoerder in de frontlinie, van het leger tegen de vijanden, want dan zal die op zo'n manier omkomen, dan hoef ik het niet te doen, dan doet de vijand het wel. Hij wilde David dood hebben.
[00:12:00] En dacht nou dat doe ik niet zelf, ik ga het zo doen dat hij dan wel valt door de hand van de vijand. Later, dan gaat hij zelfs toestaan dat David zijn dochter trouwt. Want zegt hij, dan kan ik haar gebruiken om hem...
[00:12:20] te doden. Ja, hoe, op welke manier, weet ik dan ook weer niet, maar dat zal wel ergens van pas komen. Dus die man die was helemaal bezeten van die boze macht, die maar één doel had, David te doden. Uit alles was het David, David, David. Luister mensen, vandaag zie je dezelfde dingen. Ik kan het zo naar vandaag trekken. De terroristen vandaag, die plannen Het ultieme kwaad zijn ze bezig met dingen te ontwerpen om andere mensen en zoveel mogelijk mensen de dood in te jagen. Terwijl wij eigenlijk bezig zijn met leven. Ik loop weleens in de stad en dan zit ik op zo'n bankje en dan kijk ik naar alle mensen die voorbij gaan en dan zie ik mensen blij en ze kopen dingen en ik zie de kinderen spelen.
[00:13:13] En dan denk ik wel eens, er zijn mensen die zijn bewust aan het plannen om te kijken hoe kunnen we dit hele plein... Zo was Hitler ook.
[00:13:28] bewust bezig om een heel volk om te brengen. Kijk dat vandaag alles gedraaid wordt, daar kan ik nu niet om in te gaan, we hebben geen tijd. Maar zo was Hitler ook, Hamer was ook zo, de terroristen zijn ook zo, die mensen die die vliegtuigen, die torens hebben binnengebracht. Dan denk ik, je bent alleen maar bezig geweest, hoe kunnen we zoveel mogelijk moord, dood en gruwelijke Hoe kan je ermee bezig zijn als mens? Dat komt niet uit de geest van de mens. Dat soort ultieme kwaad komt uit de geest van de afgrond.
[00:14:07] Als mensen zo bezig zijn. Echt. En dat verschil, daar begrijpen ze buiten in de politiek natuurlijk helemaal niks van, want ze geloven niet in die dingen. Maar zo werd Sal ook. David had niks tegen Sal. Die was zich van geen kwaad bewust.
[00:14:25] Maar Sal was elke keer bezig, hoe kan ik David ombrengen? Eensamen van 19 vers 1. Sal zei tegen zijn zoon Jonathan en al zijn dienaren dat ze David moesten doden. Hier kwam een groot probleem. Sal zegt tegen zijn zoon Jonathan, die de allerbeste vriend met David was geworden, dat ze David moesten doden. Hij was dus al zo ver dat hij erop uit was en andere opdracht gaf, David moest dood.
[00:14:57] Maar David was Jonathan's beste vriend en daarom vertelde Jonathan, die vertelde het hem. Hij zei tegen David, mijn vader zal wil je doden. Zoek morgen vroeg een schouwplaats en verberg je daar. Let goed op, David. Ik zal met mijn vader naar het veld gaan waar jij je hebt verborgen. En daar zal ik met hem over je praten. Ik zal uitzoeken hoe hij over je denkt. Dan laat ik je weten wat hij zegt.
[00:15:25] Jonathan vertelde zijn vader zal goede dingen over David. Ja, dat doet een goede vriend. En als jij iemand hebt die kwaad over jou spreken, noem die persoon dan alsjeblieft niet je goede vriend of je goede vriendin. Een goede vriend praat goed over jou.
[00:15:46] En die vertelt je ook eerlijk hoe of wat. Dan kan je open zijn. Dat hadden hun ook. Doe David toch alsjeblieft geen kwaad. Dood hem niet papa. Hij heeft u ook geen kwaad gedaan. Hij heeft juist heel veel goeds voor u gedaan. Hij heeft zijn leven gewaagd en Goliath verslagen. Door hem heeft de Heer Israël een grote overwinning op de Filistijnen gegeven. U heeft het zelf gezien, papa, en u bent er blij om geweest. Waarom zou u dan een onschuldig man doden? U heeft toch helemaal geen reden?
[00:16:22] om David te doden. Sal luisterde naar Jonathan en hij zwoer, ik zweer bij de heer dat ik hem niet zal doden. En toen riep Jonathan David en vertelde het hem in het hele gesprek. En Jonathan bracht David weer bij Sal. En David was net zoals eerst weer bij Sal in dienst.
[00:16:44] En toen de Filistijnen opnieuw aanvielen, ging David er met zijn leger op uit een street tegen hen. En hij was veel sterker dan zij. Ja, dat was allemaal omdat God met hen was. En ze moesten voor hem pluchten. Maar de duivelse geest die door de Heer gestuurd was, toegelaten was zou je zeggen, kwam weer over sal. Hij zat thuis met zijn speer in zijn hand. Dit was de tweede keer hè.
[00:17:08] Hij had dit al een keer gedaan. En David speelde voor hem op de harp. En toen probeerde Sal om David met de speer aan de muur te spietsen. Maar David dook snel opzij zodat de speer in de muur kwam. Hij vluchtte en hij wist toen te ontsnappen. David vluchtte voor zijn leven. De tweede keer dat Sal hem eigenlijk...
[00:17:31] wilde doden met een speer en zo boos was. Nou, en als David dan nu weer wegvlucht...
[00:17:42] Hij begrijpt het niet. David begreep het niet. Hij was nog jong. Hij was jong en... Hij...
[00:17:56] Ik begreep het niet, want hij had zelf niks tegen Saal. Hij zag eigenlijk tegen Saal op. Hij zag hem als zijn vader. Hij zag hem als de gezalfde des heren. Hij zag hem als de koning. Hij diende hem. Ja, God was met David, daarom had hij al die overwinningen. Maar hij diende de koning.
[00:18:17] En hij had niks tegen Sal. Hij begreep niet, ja maar waarom zit Sal dan zo achter mij aan? Waarom wil Sal mij dan doden? Ik heb dat ook wel vaak gedacht. En dan praat hij met Jonathan erover. Dan zegt hij, Jonathan, dat doen toch boezemvrienden?
[00:18:45] Ik denk boezemvriendinnen die vertellen elkaar nog veel meer. Maar boezemvrienden die delen ook dingen met elkaar, maar niet alles.
[00:18:56] Hij deelt dat en dan praat hij met Jonathan, als vriend praat hij over... Het is moeilijk hè, hij praat over de vader van Jonathan tegen Jonathan. Jonathan aan de andere kant heeft de opdracht van zijn vader om hem te doden.
[00:19:12] Dit was dus een hele moeilijke vriendschap, maar zij waren alle beste vrienden geworden. En dat had natuurlijk ook met de geest van God te maken. Eenzaam wel 20 vers 14. En dan zegt Jonathan in dat lange gesprek met David, ik weet dat jij met de Heer leeft. Ja, dat wist Jonathan. En daarom vertrouw ik erop dat je me niet zal doden als ik Als ik nog in leven ben, als jij koning wordt. Jonathan wist al dat David koning zou worden. Hij wist het al. Hij wist het van binnen al, maar hij wist het ook in verband met de weg die zijn vader zag gaan. En ook dat je goed zal zijn voor mijn kinderen, wanneer de Heer al je vijanden heeft vernietigd. En toen sloot Jonathan een verbond met David en hij zei, David, Ik hoop dat de Heer over je vijanden zal oordelen. En Jonathan liet David opnieuw sferen. Hier kan je zien hoe belangrijk dit moment, en ik wil dat je dit moment ook onthoudt als we verder gaan. Hoe belangrijk dit moment, Jonathan wist dit is een heel belangrijk moment. Dit verbond wat ik nu met je maak is heel belangrijk voor mijn nageslacht.
[00:20:37] Want David was zijn allerbeste vriend en hij hield heel veel van hem. Hij dacht aan zijn nageslacht. En het is belangrijk dat je aan je nageslacht denkt. Heel belangrijk.
[00:20:59] En dan waarschuwt Jonathan David. Want dan zou hij een gesprek hebben.
[00:21:08] Met zijn vader. Had hij toch gezegd, ga met mijn vader praten.
[00:21:12] En daar maakte hij dan gelijk dat verbond. Dan is er een soort maaltijd. David is daar altijd aanwezig, maar deze keer is hij er niet. En dan hadden ze mekaar afgesproken dat Jonathan tegen zijn vader zou zeggen dat David verhinderd was om naar zijn familie te gaan. Dus die plaats is leeg. Salden denkt de eerste keer niks. Tweede keer denkt hij, hé, dat is raar. Hij is er altijd, hij is er niet. Hé, Jonathan, waar is David? Oh, papa.
[00:21:39] Hij heeft gezegd tegen mij dat hij naar zijn familie is, dus vandaar dat hij niet is. En dan wordt Sal zo kwaad! Zo boos, dat hij zelfs zijn eigen zoon Jonathan daarvoor wil doden. Lieve mensen, die boze geesten en machten, die doen alles! Het onvoorstelbare. En als ze dan weer bij zinnen komen, dan weten ze niet wat ze gedaan hebben. In de wereld noemen ze dat, denk ik, Ontoerekeningsvatbaar ofzo. Op zulke momenten. Die geest, die deed alles. Hij probeerde Jonathan te doden en toen zijn vader zo boos op Jonathan werd in verband met David, toen wist hij, pappes hart is niet veranderd. Hij wil nog steeds David doden. En omdat Jonathan de boezemvriend was van David, waarschuwde hij David en zei hij, David, Papa is er nog altijd... Dat is moeilijk, hè? Je moet ook over je eigen papa praten, hè? David... Papa is nog steeds zo boos. Waarom, hè? Waarom? David had hem niks gedaan. Hij stropt uit om je te doden. En dan krijg je werkelijk een ongelooflijk moeilijk moment. Een moment dat, toen ik dit las...
[00:23:07] Ja, dan word ik emotioneel. Eenzaam en wel twintig.
[00:23:13] Vers 41. Toen kwam David aan de zuidkant tevoorschijn. Hij viel op zijn knieën voor Jonathan. En boog zich drie keer voor hem neer. David boog voor Jonathan neer. Ze omhelsten elkaar huilend. Tot David zich losmaakte. Jonathan zei tegen David, David. Ga in vrede.
[00:23:37] Want we hebben elkaar immers bij de Heer geschoren dat de Heer als rechter zal staan tussen jou en mij en tussen mijn kinderen en jouw kinderen. Hij dacht altijd aan zijn nageslacht. Voor altijd. David stond op en hij vertrok en Jonathan die ging terug naar zijn vader. Dit moet een echt een heel emotioneel, moeilijk moment zijn geweest tussen David en tussen Jonathan.
[00:24:16] Ik had opgeschreven, ook ik heb in mijn leven zoveel afscheid moeten nemen van mensen waar ik heel veel van gehouden heb.
[00:24:25] En degene die lang met mij zijn, die weten het.
[00:24:30] Ik heb ook in mijn leven heel veel afscheid moeten nemen van mensen waarvan ik heel veel gehouden heb.
[00:24:40] Ik weet niet of jij dat ook hebt gehad.
[00:24:45] Afscheid nemen kan soms heel erg pijn doen. En het is jammer dat je moeilijk over die dingen kan praten, omdat de wereld je niks van begrijpt. Familieleden, vooral familieleden.
[00:25:03] Je houdt van iemand, je moet de weg van de Heer gaan. En daar komen dingen... Ik kan niet al op al die dingen ingaan, maar er komen dingen waarvan je weet, jij moet door. En dan komt daar een scheiding.
[00:25:17] En dan moet je afscheid nemen. En je weet dat het een afscheid is. En het wordt niet begrepen. En je begrijpt ook niet altijd hoe of waarom of hoe is het soms gekomen. Ik heb vaak gedacht, wat heb ik die mensen aangedaan waar ik afscheid van moet nemen? Net als David, wat heb ik ze aangedaan? Ik heb alleen het woord van God gepredigd. Ik heb het alleen over keuzes maken gehad. Maar goed, ik moet door.
[00:25:46] En zo was het ook met David. Niet wetende wat voor mij ligt. Maar ik moet door. Ik moet trouw zijn. Ik moet verder. Ik moet de boodschap brengen.
[00:25:55] Ik begrijp het niet. Maar ik leg dat allemaal in de handen van de Heer. En dat is wat David ook leert. David is een geweldig voorbeeld voor mij geweest. In al die situaties. Mozes ook. Maar vooral David. Er zijn twee mensen waar ik het meest over heb gesproken in mijn leven. Dat is David en Mozes.
[00:26:16] Zoveel mooie voorbeelden voor ons om te leven. En dan, vanaf dat moment, wordt David vreselijk achtervolgd.
[00:26:26] Hij wordt verraden, hij wordt... Dan begint een heel moeilijk... Die jongen was notabene tot koning al gesalf. Maar wat een leven! En zo jong nog dat hij dat allemaal mee moest maken van spelonk naar spelonk. En Sal jaagde op hem. Hij had gewoon David als doel gemaakt in zijn leven. Er bestond niks anders voor hem. Dat hij moet dood.
[00:26:52] Doet me denken aan Hamas, die denkt ook hetzelfde over Israël. Maar één ding hebben ze. Zijn niet bezig geweest met de opbouw van hun land en volk al die jaren. Eén ding, dood aan Israël. Zo was Sal ook. Het zijn diezelfde soorten geesten, mensen. En daar begrijpt de wereld niks van. Ook de politiek niet. Het zijn dezelfde soorten geesten. Die maar één doel voor ogen hebben.
[00:27:19] En dan vindt David een keer, en dan is hij verborgen, en dan ligt Sal in het midden van de legerkamp te slapen met z'n waterkruik naast z'n hoofd en z'n speer naast z'n hoofd. David, die had hij al eens gedaan, hè, in die andere spelonk, met het afknippen van z'n mantel. Nu pakt hij de speer en de kruik stiekem weg van David. Notabene zijn eigen makkers die zeggen, David, dit is de dag. Kijk, je hoeft alleen maar die speer te pakken en boom, klaar.
[00:27:52] Dan ben je er vanaf. Dan ben je er zo vanaf. Je bent er binnen tien seconden vanaf. Boem, klaar.
[00:28:02] Nee. Nee, zeg daar. Het is de gezalve van God, die moet je niet aanraken. Dat is Gods zaak, niet mijn zaak.
[00:28:11] En lieve mensen, waar ben ik blij dat ik in mijn leven, ik ben een levend voorbeeld, ook altijd al die mensen, met alles wat ze hebben gezegd en geschreven en gedaan, in de handen van God gelegd. Je hebt mij er niet over gehoord, horen prediken. Allemaal in de handen van God. Ben er ook nooit tegen ingegaan. Ik dacht, heren, het is uw zaak. Ik moet gewoon hier zijn. Trouw in mijn roeping. Net als David wandelde. Want elke keer staat er een David en God was met David.
[00:28:44] Eenzaam wel zesentwintig. David klom ver van de andere kant van het dal op een hoge rots. Zo was er een grote afstand tussen hem en Saal. En toen riep hij naar het leger en naar Abner, dat was de legeroverster. Hé Abner, waarom zeg je niks?
[00:29:01] Abner antwoordde, wie roept daar? Naar de koning. David riep terug, jij bent toch zo'n moedige man? In heel Israël is er toch niemand als jij? Waarom heb je de koning dan niet bewaakt? Want er is iemand, dat was hij zelf, er is iemand in het kamp geweest om de koning te doden. Je hebt je werk niet goed gedaan. Ik zweer bij de heren dat jullie de dood verdienen. Want jullie hebben de koning, de gezalde van de heer, niet bewaakt. Zie hoe David over hem dacht.
[00:29:32] Want waar zijn de speer- en de waterkruik van de koning? Sal herkende de stem van David en hij riep... Ben jij dat? Mijn zoon David? Hij was weer even bij bezinnen, hè? Ben jij het? Mijn zoon David? David antwoordde, ja, mijn heer de koning. Waarom achtervolg je mij toch? Want wat heb ik u dan toch gedaan? Luister alsjeblieft naar mij, mijn heer de koning. Als de Heer tegen u opstoot, breng dan een offer om hem van gedachten te veranderen. Maar als er mensen zijn, dan vervloek ik hen omdat ik door hen niet in het land van de Heer kan wonen. Hij moest elke keer vluchten. Ze zeggen, ga jij maar andere goden dienen. Maar ik wil niet sterven in een ander land, ver van het heiligdom van de Heer. Hij wil bij God zijn, bij dat heiligdom.
[00:30:26] Mijn heer de koning, u bent erop uitgetrokken om te zoeken naar één enkele Flo. Ik ben maar op één enkele Flo op jacht. U jaagt op één enkele Patrijs in de bergen.
[00:30:41] Is dat dan alle moeite waard? Hij was weer bij bezinnen. Toen zei Sal, ik heb verkeerd gedaan. Net als de eerste keer bij Jonathan. Ik heb verkeerd gedaan. Kom toch terug mijn zoon David. Ik zal je geen kwaad meer doen. Want je hebt vandaag mijn leven gespaard. En zo was het. Ik heb dwaas gedaan. Ik was helemaal verkeerd.
[00:31:06] Maar David antwoordde, hier is uw speer. Mijn heer de koning, laat een van uw mannen hem komen halen. De heer beloont de rechtvaardige mensen. Want de heer had u vandaag in mijn macht gegeven, maar ik wilde de gezalte van de heer niet doden. Ik heb vandaag uw leven gespaard. En ik hoop dat de Heer ook mijn leven zal sparen. Ja, wat je saait zal je oogsten. En mijn zaal redden uit elk gevaar. Sal zei tegen David, de Heer is goed voor jou, mijn zoon David. Wat je ook doet, je zal altijd succes hebben. En toen vertrok David en Sal ging naar huis. David ging er niet op in zoals de eerste keer met Jonathan, want hij dacht nee. Jonathan heeft al gezegd, papa is er op uit om mij te doden.
[00:31:53] Ja, en dan krijg je die... Als ze nu uit elkaar gaan, gaat dat steeds erger, want Sal die gaat naar de waarzegger toe. Want hij wil met Samuel praten, die inmiddels was overleden, want God sprak niet meer tot hem. Mensen doen rare dingen als God niet meer spreekt. Gaat hij naar de waarzegger, die hij eerst allemaal heeft omgebracht. Omdat dat niet naar Gods wil was. En dan... Ja, dan naadt het het einde. Want Sal...
[00:32:22] raakt in strijd met de Filistijnen en hij komt op één dag om met zijn drie zonen, inclusief Jonathan. En ik heb het altijd jammer gevonden en niet helemaal begrepen waarom Jonathan de kant van zijn vader koos en niet van David. Maar dat zal een moeilijke Ja, ik begrijp soms ook niet waarom mensen bepaalde dingen kiezen. Bepaalde kanten kiezen. Het zal moeilijk zijn voor Jonathan geweest. Het zal, omdat hij zo loyaal, een loyale man was, het zal allemaal mee te maken hebben. Maar hij koos om met zijn vader mee te gaan. En uiteindelijk kwam hij op één dag om. Met zijn vader en zijn twee broers. Wat een triest einde.
[00:33:07] Van een man die eigenlijk geweldig begon. En als David het hoort, dan wordt hij heel erg bedroefd. Dan zie je ook weer wie David is. Twee samen wel één. Vers 23. Als het goed is hebben we dat. Sal en Jonathan, door iedereen gezalfd, waren in leven en in dood bij elkaar. Ze waren sneller dan arenden, zegt David. Sterker dan leven. Vrouwen van Israël, treur over Sal. Dankzij hem droegen jullie mooie kleren.
[00:33:39] Gouden sierader, de helden zijn in de strijd gedood. Jonathan ligt dood op jullie heuvels. Jonathan, ik ben zo verdrietig over jou, want je was mijn allerbeste vriend. Jouw vriendschap was belangrijker voor mij dan de liefde van vrouwen. De helden zijn gedood en de wapens zijn verloren. Dit is toch triest.
[00:34:08] Maar ik ga eindigen, want dit heeft nog een prachtig staartje en die ga ik lezen uit Twee Samen Wel Negen, want David wordt dus koning hierna.
[00:34:22] Saul is omgebracht door de Filistijnen, dood, z'n zonen en dan... Ja, dan komt er een verandering in het land en dan wordt David dus koning. Hij was al gezelfd door koning, maar nu wordt hij echt koning. En als hij dan koning is geworden en in z'n paleis zit, dan... Ja, dat vind ik toch zo mooi, want dat slaat namelijk ook op dat verbond. En waarom ik net zei, waarom Jonathan dat zo belangrijk vond voor het nageslacht.
[00:34:52] Want als David dan op zijn troon zit, twee samen van negen, op een dag vroeg David, is er nog iemand overgebleven van de familie van Sal? Gewoon hè, zo uit het niks hè. Dat moet de geest van God zijn geweest. In David. Dat David ineens aan iets denkt, dat doet Gods geest hè. Die geeft je ook ineens een concept bijvoorbeeld hè.
[00:35:20] voor je zaken of voor je familie of dingen. En ineens zegt hij, is er nog iemand overgebleven van de familie van Sal? Dan wil ik goed voor hem zijn. Want dat heb ik Jonathan beloofd toen ik met hem een verbond sloot.
[00:35:34] Er was bij de familie van Sal een dienaar in dienst geweest die Siba heette. Hij werd bij David geroepen en de koning vroeg hem, ben jij Siba? En hij antwoordde, ja heer. Toen vroeg de koning hem, is er soms nog iemand overgebleven van de familie van Sal? Dan wil ik goed voor hem zijn. Siba antwoordde, er is nog een zoon van Jonathan.
[00:35:58] Hij heeft kreupele voeten. Het verhaal gaat dat zijn moeder hem heeft laten vallen als baby. En daardoor is hij kreupel geworden. Hij heeft kreupele voeten. En de koning vroeg, waar woont hij? Siebe antwoordde de koning, hij woont bij Migar, de zoon van Amiel in Lodebar. En toen liet de koning David hem bij Migar ophalen. En zo kwam Mevibose, onthoud die naam, de zoon van Jonathan, Mephibosat, een kreupelige jongen, helemaal, nou in die tijd als je kreupel was, dan was je niks. Was je niks. Kwam bij David, hij liet zich voor David op de grond vallen en boog zich diep voor David. Ja, Mephibosat dacht, wat is hier? Poeh! Want hij wist ook wel het verhaal van zijn vader en zijn opa.
[00:36:47] Sal, wat er allemaal gebeurd was en hoe Sal erop uit was. Hij moest wel komen naar het paleis toen dat gevraagd werd. Dus hij komt daar binnen, hij gooit ze meteen voor David neer. Op de grond vallen. En David zei, Mephibozet. En hij antwoordde, ja heer. David zei tegen hem, wees niet bang. Want ik zal goed voor je zijn vanwege mijn vriendschap met je vader Jonathan.
[00:37:19] Ik vind dit zo'n mooi verhaal, mensen. Ik zal je alle akkers van je grootvader Sal teruggeven. En je mag steeds bij mij aan tafel. Mevibose boog en zei, ik verdien het niet dat u zich bezighoudt met een dode hond als ik. En toen liet de koning zijn dien naar Sibar weerkomen. Hij zei tegen hem, alles wat je van de heer Sal en zijn familie is geweest, geef ik de kleinzoon van je heer.
[00:37:48] Ik wil dat jij met je zonen en de knechten voor hem het land bewerkt. En jullie moeten voor hem de oogst binnenhalen, zodat hij te eten zal hebben. En Mevi Bozet mag steeds bij mij aan tafel eten in het paleis.
[00:38:05] Siba zei tegen de koning, ik zal alles doen wat u beveelt mijn heer de koning. Dus at Mephibose bij David aan tafel, alsof hij een zoon van de koning was.
[00:38:18] Mevibozhet had een jonge zoon die Micah heette. En iedereen uit de familie van Ziba werkte als knecht van Mevibozhet. Mevibozhet woonde in Jerusalem, want hij at steeds bij de koning aan tafel. Hij was aan beide voeten kreupel. Dit vind ik zo mooi!
[00:38:39] Hoe God daar allemaal in betrokken is. En hoe David en Jonathan Dat belangrijke moment, Jonathan wist het! En hij dacht, ik denk aan mijn nagels, David, denk aan mijn kinderen! Als jij straks koning bent. Ik maak een verbond met je. Denk aan mijn kinderen.
[00:39:07] Ja. En wij begrijpen het niet altijd, mensen, waar je heen moet. Al ben je als koning gesalfd, waar je dan toch allemaal heen moet. Doe maar ook denken aan Jozef.
[00:39:18] En daarom zegt Jezus in Lukas 9 vers 25, en ik hoop dat je die tekst onderstreep hebt. Als je bij mij wilt horen, moet je stoppen met het voor jezelf leven. Je moet elke dag het kruis opnemen en je moet mij volgen. En lieve mensen, wat er ook gebeurt, ook in de wereld, ook in Nederland, want we leven in hele spannende tijden, maar ik heb mijn huis.
[00:39:47] Wij zullen de heren dienen. Wat er ook gezegd wordt, wat er ook geschreven wordt, wat er ook gedaan wordt. Ik en mijn huis. Dat is een keuze die ik gemaakt heb. Wij zullen de heren dienen. Mijn vrouw, mijn kinderen ook. En kleinkinderen die eraan komen. Dan komt er nog één aan. Dat is alleen maar feest in dat opzicht.
[00:40:05] Maar er gebeuren ook hele erge dingen. En ik ben ook door een heleboel dingen gegaan. Maar de Heer is altijd met mij geweest. En zo zal Hij ook altijd met jou zijn. Want zijn belofte ook aan jou is. Ik zal je niet begeven. Ik zal je niet verlaten. Ik zal bij je zijn. Al de dagen van je leven. Tot de volleinding van deze wereld. Amen.
[00:40:32] Bedankt voor het luisteren naar deze podcast. Wilt u meer preken beluisteren? Ga dan naar message.maasbachradio.com Bezoek ook eens onze website www.maasbach.nl.